‘Normaal loopt het water langzaam door de beek, maar bij zware buien verandert deze in een wilde kanobaan’, vertelt OHV-voorzitter Hans Holsbeek. ‘Water stroomt dan van de hoger gelegen gebieden en  straten de beek in. Riooldeksels worden van hun plek geduwd door het persende water. Je ziet dan vaak wat mensen in hun toilet  doorspoelen over de straten glijden, zo de beek in. Dat kan zuurstofproblemen opleveren voor de vissen. Maar na de hoosbui van zondag bleef dat beperkt, omdat  het vuile water wordt verdund en wegspoelt.’

Maar hoe zit het dan met de vissen, spoelen die niet weg?

Hans Holsbeek: ‘Het is niet uitgesloten dat er vissen meegesleurd worden in het snelstromende water. Met name jongbroed is niet opgewassen tegen deze stroomsnelheden.’ Van nature zwemmen vissen tegen de stroom in. Ze hoeven bij hele zware buien geen dagen ‘vol gas’ te geven. Meestal neemt de stroming na een paar uurtjes wel af. Vissen zoals de beekforel hebben geen problemen met snelstromende wateren. Deze vissoort zwemt echter niet in de Stakenbeek, daarvoor is de waterkwaliteit niet goed genoeg.

‘Ja’, denkt Holsbeek, ‘er zal wel eens vis uitspoelen, maar uiteindelijk stranden ze na een tocht door een slotenstelsel in onze eigen Chris Agterbos visvijver in Het  Hulsbeek. Zo blijft de vis toch nog bij de OHV.’