Maar liefst veertig jaar stond ze voor de klas, waarvan ruim 32 jaar in Zuid Berghuizen. Met onder meer een pubquiz is op de Leemstee onlangs uitgebreid stil gestaan bij het vertrek van juf José Bartelink-Vloothuis.
‘Het voelt als een enorme blijk van waardering dat er zo veel aandacht aan is besteed’, vertelt juf José op haar vertrouwde plek in het hart van de school. Ze heeft er mee terug gekregen wat ze al die jaren met liefde, plezier, energie en vertrouwen gegeven heeft, zo vindt haar omgeving.
De pubquiz bestond onder meer uit vragen bij hilarische foto’s uit haar loopbaan en de typisch Twentse uitspraken waar ze om bekend staat. ‘Ik hou van taal, vooral ook de Twentse taal, waarin ik in een paar woorden goed weet uit te drukken wat ik bedoel’, aldus José. Het kenmerkt ook haar nuchtere aard en karakter, van ‘kop d’r veur en ajt vedan’. ‘Mijn werk betekende veel voor mij, in moeilijke tijden was het bovendien een goede afleiding. José doelt daarmee op het verdriet dat het gezin kende door het overlijden van dochter Dagmar op 22-jarige leeftijd, zes jaar geleden. ‘Dagmar was meervoudig gehandicapt, waardoor we haar zorg al vroeg uit handen moesten geven. Dat viel niet mee. Samen met man Albert, zoon Jasper en diens vriendin Kyra (samenwonend in Utrecht) en dochter Marlie vormen we een hecht gezin en hebben we het verlies een goede plek weten te geven. Inmiddels is Marlie werkzaam in Spanje, waar ze nu al weer twee jaar woont. Al ben ik zelf vrij honkvast, dankzij haar is Malaga een fijne vaste vakantiebestemming geworden.’
Taakverlichtster
José is haar loopbaan in 1978 begonnen op de Bernardusschool in Saasveld als taakverlichtster van het hoofd. Daarna was er een plek vrij op de Heilig Hartschool. ‘Ben Mensink was hier het hoofd van de school. Een prachtige tijd, waarin er nauwelijks vergaderd werd. Alles kon onder de koffie of de vrijdagmiddagborrel, mèt chips en nootjes, eenvoudig geregeld worden. Toen de school moest afbouwen, is Ben naar de Bernadetteschool gegaan en ik naar de Poalmoat op de Thij. In 1988 was ik zwanger van onze zoon, maar een vast parttime dienstverband zat er in die tijd niet in. Gelukkig was er een baan van acht uur op de toen geheten Stakenkamp. Ben heeft met het kerk- en schoolbestuur geregeld dat ik mocht komen. In vier verschillende groepen ving ik de ATV van de fulltime-collega’s op.’ Er volgde een verhuizing naar de toenmalige Willibrordmavo aan de Helmichstraat. De Stakenkamp is later gefuseerd met de Bernadusschool en samen gingen ze verder onder de huidige naam DeLeemstee. Inmiddels was er afscheid genomen van Ben Mensink en nam George In het Veld het roer over. Ook van hem en de huidige directeur Mijke Pleijhuis heeft José alle ruimte en vertrouwen gekregen om haar talenten te gebruiken en zich verder te ontwikkelen.
Het team van De Leemstee kenmerkt zich door een eensgezinde groep harde werkers, die volgens José ‘onwies’ feest kunnen vieren, maar ook in moeilijke tijden aandacht en empathie voor elkaar hebben. Met de rust en de prettige sfeer op school voelt dat als een warm bad. ‘Voor mijn collega’s heb ik dan ook een ABC-tje gemaakt, om terug te blikken op een fantastische tijd en ze hartelijk te bedanken voor de plezierige samenwerking. Van hen kreeg ik een prachtig tuinbeeld op een pilaar en een half jaar lang elke veertien dagen een boeket verse bloemen. Daar maken ze me heel blij mee.’ José werd tevens een, door het team samengesteld, boekwerk met fraaie fietstochten aangeboden, met als bestemming steeds de woonplek van een collega. ‘Mijn man Albert heeft weliswaar een spierziekte, maar samen fietsen gaat nog goed. Op mooie dagen een waardevolle gezamenlijke bezigheid van ons. Met het boek hebben we altijd een leuke route met koffieadres voor het uitkiezen.’
Pot dropjes
Behalve haar lesgevende taken nam José op de Leemstee met veel bevlogenheid jarenlang de functie van intern begeleider en de coördinatie van de bovenbouw voor haar rekening. José vertelt: ‘Ik had altijd een pot dropjes staan, waar iedereen graag uit mee at. Collega’s namen me vaak in vertrouwen en ik mocht ondertussen met ze meekijken. Ik heb veel van ze geleerd, juist ook van de jonge collega’s, met hun nieuwe frisse ideeën en inzichten. Ze hielden me jong en ‘bij de les’.
‘Ik houd van aansturen en organiseren, dat zit me in het bloed. Als er iets op touw gezet moest worden, was ik daar altijd wel voor te enthousiasmeren.’ Zo stond José onder meer aan de wieg van initiatieven als Berghuizen in beweging, verzorgde ze de kerstmusical door groep 7, organiseerde ze de eerste Koningsspelen en de verkeersweek en was ze ruim twintig jaar aanwezig bij de voorleeskampioenschappen in de bieb. ‘Ik woon in de buurt, dus voor mij was het geen punt om er in eigen tijd even voor terug te komen. Dat kostte me geen extra moeite, het gaf me juist energie.’ José vertelt verder: ‘Daarnaast vind ik het heel fijn om samen met andere disciplines na te denken over wat in het belang van een leerling goed is om te doen.’ José is van mening dat een kind moet kunnen ‘groeien en bloeien’. ‘Alleen dan komt het tot leren. Ik houd van structuur en discipline. Van de kinderen werd verwacht dat ze hard werkten, maar er was ook altijd ruimte voor humor en iets leuks.’ José legt uit: ‘Ik kom uit een groot gezin uit Weerselo, met acht meiden en een jongen, waarbij het normaal was om ‘aan te pakken’ en met een warm hart naar elkaar om te zien. Allemaal zijn we in een sociaal beroep terecht gekomen.’
José heeft brede belangstelling voor architectuur en cultuur. Ieder jaar bezoekt ze een andere stad, waar ze een stadswandeling maakt, musea bezoekt en leert over de geschiedenis. ‘Alles houdt verband met elkaar. Geschiedenis is geen droge kost, het vertelt ons juist veel over het leven en de keuzes van nu.’
Passie
Over haar eigen keuzes vertelt Jose: ‘Ik heb veel liefde en passie voor het onderwijs. Het is prachtig te zien hoe snel kinderen zich ontwikkelen, zowel qua kennis en vaardigheden, als op persoonlijk en sociaal-emotioneel gebied. Het is fijn hier een bijdrage aan te mogen leveren. Ik ben dan ook nog niet van plan zomaar te stoppen. Als het lukt ga ik eerst maar eens een half jaartje niks doen. In een andere vorm; bijvoorbeeld als vrijwilliger in contact met mensen die de Nederlandse taal nog niet machtig zijn, kan ik daarna vast m’n kennis kwijt. Daarnaast blijf ik met Ben Mensink en Herman Hazewinkel, oud-directeur van BS de Wendakker, in het bestuur van de Kledingbank verantwoordelijk voor alle aanmeldingen. Via één loket van het sociaal team van Impuls bedienen we ruim 350 gezinnen in heel Noordoost-Twente. Verder houd ik van bloemen en tuinieren. Van mijn kinderen heb ik een fraaie schildersezel en schilderlessen gekregen. Ook heb ik me opgegeven voor een cursus beeldhouwen met speksteen. Er zijn zoveel mooie nieuwe dingen te ontdekken. Het lijkt me heerlijk om hier tijd vrij voor te maken. Voor mij was dit het juiste moment om te stoppen. Het is me gelukt om zonder moeite tot het eind toe geïnteresseerd, betrokken en gedreven te blijven. Het onderwijs heeft me gaandeweg de jaren zeker niet verzuurd of uitgeput. Ik kon het blijven bijbenen, was tot het eind toe volop in beweging. Mijn hart ligt nog altijd bij De Leemstee. Ik heb er met de jurering van ‘Leemstee got talent’ een erebaantje bij en weet zeker dat ik er zal blijven binnenlopen. Ik kijk terug op een heel mooie tijd, het zit er op en dat is goed zo.’