Al vele jaren geleden nam ik me voor hem te ontmoeten. Hem te spreken, zijn verhaal te horen. Hans Koop, inmiddels misschien wel meer Limburger dan Berghuizenaar, was namelijk midden jaren zestig in mijn beeldvorming een atletische en mede daarom legendarische doelman in A1 en het eerste elftal van FC Berghuizen.
Hans Koop zweeft als de ooit zo vermaarde PSV-goalie en 32-voudig international Jan van Beveren door de lucht in de stadsderby tegen Oldenzaal op sportpark Het Heuveltje. Foto: Tubantia.
Berghuizenaar fluit vrouwenvoetbal in het Limburgse Elsloo
Hans Koop, de Jan van Beveren van FC Berghuizen
Door Felix Nijland
Ik kende hem niet persoonlijk. Hans was namelijk van voor mijn tijd. Toen hij in 1964-1965 in het eerste keepte, studeerde hij al aan de kweekschool in Roermond. En in het mooie Limburg ontmoette hij zijn vrouw, ze kregen drie kinderen en vier kleinkinderen en hij is er met diverse mooie en uitdagende banen in het onderwijs altijd gebleven. Wat mij zo inspireerde in hem was een zwart-wit foto uit Tubantia, gemaakt op 16 oktober 1966. De stadsderby Oldenzaal-Berghuizen op Het Heuveltje. Het veld omgeven door vele honderden toeschouwers. Hans Koop zweeft voor zijn doel in de lucht, zijn handen gaan ver boven de spelers die hem omringen omhoog, de bal is voor hem en voor niemand anders. Henk Teunissen vlak achter hem, aanvoerder Stuvenfolt daar weer achter. Berghuizen won met 1-3. Bij het zien van die foto trok ik altijd een vergelijk met keepers als Jan van Beveren en Raymond van der Gouw. Koop en Van der Gouw, voor mij zijn het de grootste en sierlijkste keepers die FC Berghuizen ooit heeft gehad. En ik weet dat ik niet de enige ben, die er zo over denkt.
Deze zomer deed zich eindelijk de kans voor deze godenzoon uit verloren maar o zo mooie tijden de hand te drukken. Hans en zijn vrouw Annelies waren voor een korte vakantie neergestreken op het Erve Wezenberg in Denekamp. Ik rij er op een zaterdagochtend naar toe. Hans, 76 inmiddels, wacht me op bij de prachtige boerderij waar ze een appartement hebben gehuurd. De inrichting is puur Twents. Zijn broer Cyril en diens vrouw Yvonne ken ik goed. Cyril speelde ook jaren in Berghuizen 1 en woont tegenwoordig in zijn ouderhuis aan de Harinkweg, randje Boerskotten. Beide broers en hun echtgenotes gaan doorgaans samen fietsen en eten als ‘Limburg’ hier in de buurt is.
Hans Koop, deze zomer even terug bij FC Berghuizen om een plaatje te schieten bij de entree van het sportpark.
Al snel vertelt Hans Koop over zijn jeugd in Oldenzaal. ‘Ik ben geboren aan de Weerselosestraat, aan de andere kant van de rondweg. Later zijn we naar de Schoolstraat in Berghuizen gegaan (nu Mariastraat, red.) naast de klompenmakerij van Koop. Met Dries Roelink heb ik nog gevochten in de krullen van de klompenmakerij. Weer later zijn we naar de boerderij aan de Harinkweg gegaan, waar mijn vader uit huis kwam. Aanvankelijk zat ik op de kleuterschool tegenover het toenmalige parochiehuis aan de Lyceumstraat. De Mariakerk was er toen nog niet, we hoorden onder de St. Antoniusparochie en zo kwam ik daar op school. In 1955 was de Mariakerk klaar en ingewijd en besloten mijn ouders zich daar in te schrijven. In de derde of vierde kwam ik zodoende op de H. Hartschool, de Boerenschool. Dat was toen nog een echte jongensschool. Je moest er wel moeite doen om te worden geaccepteerd, je werd flink uitgedaagd. Op gegeven moment hoorde ik er gewoon bij, want achterop de speelplaats was een zandig terrein en daar zagen ze dat ik met voetballen wel iets kon. Maar ik heb er nog wel moeten vechten met Bennie Welhuis. Mijn broer Cyril was toen al een mannetje en die schoot me te hulp: ‘Blijf van mijn broer af!’
Hans trok op met knapen als Bennie Arends, de jongens van Huttenhuis, Jos Engbers en Jos Olde Scholtenhuis. ‘We speelden samen in de B- en A-jeugd en in het eerste. Deze groep bleef jaren bij elkaar.’ Hij kwam dan ook graag over uit Limburg, toen Johnny Siemerink het initiatief had genomen voor een reünie. ‘We hadden op onze school beroemde onderwijzers. Zoals Zwaga, Boerrigter en Olde Kalter. Veel combinatieklassen toen. Op zaterdagmorgen gingen we nog naar school en hadden we een extra uur ontleden en Frans. En op woensdagmiddag trainden we met de Groenlinkjes op het oude terrein op De Bult.’ Na de lagere school ging hij naar het lyceum. ‘Niet zo prettig die tijd, ik vond het een elitaire school.’
Onderwijsman
Maar hoe kwam hij nu in Limburg? ‘Ik wilde het onderwijs in, op de opleiding in Roermond was plek. Dat was met voetballen in Berghuizen nog wel een ding. We waren in het seizoen 1964-1965 kampioen geworden met het A-elftal. Maar ik was toen als jongen van 17 al reservedoelman bij het eerste, dat in 1964 promoveerde vanuit de Twentse Voetbal Bond naar de 4e klasse KNVB. Op gegeven moment kreeg ik in Roermond een telefoontje van meester Olde Kalter, die toen voorzitter was. Ik werd opgeroepen om in het eerste elftal te gaan keepen, omdat ze teveel doelpunten tegen kregen. Normaal bleef ik tot de herfstvakantie twee maanden in Roermond en ging dan pas naar huis. Maar in dit geval reisde ik op zaterdagmiddag met de trein naar Oldenzaal, mijn vader haalde me af van het station en zondagavond moest ik terug, omdat op maandagmorgen de lessen natuurlijk weer begonnen. Als Berghuizen uit tegen Eilermark speelde, bracht mijn vader me na de wedstrijd naar het station in Enschede en daar stapte ik dan in de trein.’
Doelman in een vriendenteam. FC Berghuizen A1 werd in het seizoen 1964-1965 kampioen.
Hans Koop weet als de dag van gisteren dat Olde Kalter sr. hem telkens een envelopje met geld voor de reis overhandigde. Lachend: ‘Ze hebben nog een tijd Arnold Willemsen betaald toen hij in Zwitserland woonde.’ Op de kweekschool maakte de directeur geen problemen. ‘Als er iets met sport was, vond de man dat geweldig. En hij vond het geen probleem dat hij op zondagavond de deur van het internaat voor me moest openmaken. Sport was op onze school belangrijk.’
In 1966 promoveerde FC Berghuizen tegen Avanti W. naar de derde klasse KNVB. Hans Koop was de doelman, de foto van de kampioensploeg in het boek 40 jaar FC Berghuizen ademt een en al heroïek. Grote voetballers als de broers Frans en Jan Rudolf, Ben Stuvenfolt, Johnny Lage Venterink, Jos Olde Scholtenhuis, Hennie Peters, Henk Teunissen en Arnold Willemsen. Berghuizen in het wit, het logo van de club met trots gedragen op de borst links op het shirt. Ab de Vries die sportinstructeur was bij de Koninklijke Luchtmacht, was de trainer, Mannie (Herman) Ahuis de grensrechter.
Het noodlot voor Hans Koop sloeg toe op 12 maart 1967. In de wedstrijd tegen Rigtersbleek op Het Heuveltje brak hij een sleutelbeen. Richard ter Hofstede werd zijn vervanger. ‘Daarna kwam mijn vorm niet terug, ook omdat ik niet kon trainen in Oldenzaal.’ Er werd gepraat, hij gaf zijn plek op en concentreerde zich op zijn leven in Limburg. Wel keepte hij nog de eerste helft van een historische wedstrijd op 11 augustus 1967. Ter gelegenheid van de opening van het nieuwe veld aan de Schapendijk speelde FC Berghuizen tegen het per vliegtuig op Twenthe gearriveerde FC Buochs uit Zwitserland, de club van Arnold Willemsen. ‘Daarna was er een paar jaar sprake van weinig activiteit; slechts incidenteel stond ik op een veld.’
In zijn diensttijd verdedigde hij nog wel het doel van het militaire elftal van Kamp Holterhoek in Eibergen. In 1976 rondde Hans Koop zijn studie af en mocht hij zich 1e graads docent Nederlands noemen. Een loopbaan aan scholen in Stein en Sittard (conrector) volgde. Hij voetbalde met docenten en in de zaal, sloot zich in 1985 aan bij de R.K.S.V. Haslou in zijn woonplaats Elsloo, maar hij kreeg tot twee keer toe last van een knie. ‘In 2015 ben ik op 68-jarige leeftijd gestopt met voetballen en als scheidsrechter.’ Maar het bloed kroop waar het niet gaan kan. Kleindochter Janne speelt in het vrouwenteam van Haslou en wie fluit de thuiswedstrijden sinds kort? Juist, Hans Koop.
Als keeper, nog met een sikje, in het veteranenteam van Haslou in het Limburgse Elsloo.
En als scheidsrechter, met brace voor een slechte knie, die de thuiswedstijden van kleindochter Janne fluit in het vrouwenteam van Haslou.
Nog altijd op het voetbalveld, maar nu in Limburg, trots op zijn kleindochter die een verdienstelijk voetbalster is.
Nu zijn leven veel rustiger is denkt hij nog wel eens terug aan Berghuizen. De tijd dat er echte straten kwamen in plaats van zandwegen en hobbelige paden, een winkelcentrum en voorzieningen. En in zijn gedachten thuis in zijn stoel in Elsloo komen dan zijn voetbalkameraden van toen voorbij. ‘Heimwee heb ik echter nooit gehad. Je hoort mijn lichte Limburgse accent. Hier in het dorp Elsloo ben ik thuis, hier zal ik blijven. Berghuizen koester ik als een kostbaar pareltje, dat ik met me meedraag.’